In deze tomeloze tijd
trek ik me terug en wacht......
tot eb in mij verwordt tot vloed
en dagen lengen tot de nacht.
Ik hoor het ruisen van de zee,
een stem op mijn gemoed....
de golven overrulen mij,
waarin ‘k mijzelf ontmoet.
Dit tij dat keert mijn leven om
als bode in de tijd.....
in schepping, heelheid van natuur,
ligt mijn verantwoordelijkheid.
(n.a.v. Coronavirus)